AMC IC 20160617
Dit is de eerste keer dat ik niet goed weet hoe ik mijn verhaal ga beginnen. Wat ik met deze blog wil is positiviteit uitstralen en dat gaat me op dit moment eventjes niet heel best af. Vertellen? Ach kort dan. Afgelopen woensdag een goed gesprek gehad met mijn diabetesverpleegkundige en zij adviseert mij over te gaan op een ander regime van insuline. Houdt in 4x spuiten en 4x meten op een dag. Dat is voor mij een hele grote verandering. Ik zag het aankomen dus de boodschap is geen verrassing, maar is wel even slikken. Hoe ga ik daar dusdanig mee om dat het mijn leven niet (negatief) gaat beheersen? Ben nog niet begonnen maar dat duurt niet lang meer. Vandaag (ook geen verrassing) gehoord dat mijn arbeidscontract niet wordt verlengd. En ondanks dat ik het van 3 kilometer aan zag komen, is het toch weer een incasseringsmomentje. Er zijn geen opdrachten, dus ook deze keer snap en begrijp ik het heel goed.
Met even simpel een paar crackertjes en twee aspirines loop ik rond kwart voor zes de keuken bij mijn vriendin binnen. Ze doet uiteraard de deur net zo enthousiast open als anders en we begroeten elkaar. Ze vindt het vreemd dat ik geen jas aan heb. Ze vindt het koud. Hmm dat heb ik dan anders ervaren zonet. Ik ben niet zo'n koukleum als zij weet ik. En ik doe voldoende warmte op in deze komende twee uur voor de paar honderd meter op de fiets naar huis haha. Ik haal de sleutels en open het kantoor. Van Anouschka begrijp ik dat het voor haar heel druk op de afdeling is. Veel patienten. Ik ben benieuwd of dat ook drukte voor wat betreft bezoek gaat geven. Op mijn eerste ronde valt op dat er nagenoeg geen bezoek is. Er zijn wel weer veel bedden bezet. Straks tijdens bezoekuur verwacht ik de nodige aanloop. De snoepjes zijn in trek bij zowel personeel als bezoek. Het is weer leuk om te zien wat een beetje zoetigheid kan doen voor een mens. De meneer van het transport loopt langs en herkent mij aan de snoepje die ik altijd heb staan. Ook altijd even enthousiast en vrolijk, heerlijk. De ambulance medewerkers die ik in de spiegeling in het glas van achteren zie aankomen reageren blij dat ik de deur open voordat ze aankomen. Ze kunnen dan heerlijk doorlopen met de brancard en de patient. Ze wensen mij een fijne avond. Dat wens ik hen ook. "Fijne dienst" komt er bij mij ook nog achteraan haha.
Nog mooier is de reaktie van een dame in een lange witte jas als ze van de afdeling loopt: "Oh mag ik een bal?" We lachen naar elkaar, zij pakt en loopt weer weg. Ik moet er wel erg om lachen die reaktie.
Inmiddels is het bezoekuur begonnen en de aanloop van bezoek komt op gang. Er staat een familie die vraagt naar de status van een patient. Ik verwijs ze naar de afdeling. Even later staat een engels sprekende afrikaanse vrouw voor me die vraagt naar een dame die net de afdeling op is gebracht. Ze weet geen naam, ook deze verwijs ik door naar de afdeling. In beide gevallen mogen de betaalde personeelsleden dit opzoeken en informeren. Ik moet zeggen dat het me steeds beter afgaat om dat te zeggen. Leuk vind ik het nog steeds niet, maar het is niet anders.
Een stel kom aanlopen met een bos bloemen. Als ik vertel dat ze de bloemen mogen laten zien en weer meenemen is men op de hoogte van deze regel. Dat is ook leuk om te horen. Niet geheel negatief nieuws! Tja als je het even niet weet en beneden een dure bos bloemen koopt, is dat toch zonde. De meneer die de bloemen in zijn handen heeft weet het exact. Ik vind het fijn dat ie het weet.. maakt de boodschap iets milder.
Een mevrouw en meneer lopen van de afdeling en vragen waar ze koffie kunnen drinken. In eerste instantie verwijs is ze naar de betaalde koffieautomaat of beneden bij de koffiebar (open tot 20.00 uur). Ik zie ze twijfelen. Het is zo aandoenlijk dat ze ik mijn automatenkoffie aanbiedt. Ik loop met ze mee, overhandig ze de koffie zodat zij terug kunnen naar de wachtkamer op Unit 3. Kom ze zo meteen nog wel tegen op mijn tweede ronde. Ze zijn blij met de koffie die ze in hun handen hebben.
In mijn tweede ronde koffie/thee word ik meermaals als lief betiteld. Dat compliment neem ik vanavond graag aan. Ook bij de mensen die geen gebruik maken van mijn aanbod krijg ik de titel 'lief'. Fijn om te horen. De meneer van de thee met suiker en de dame die altijd maar een beetje voor zich staarde (de patient) heeft nu een heldere blik en lacht. Ze kan nog niet praten door de tube in haar keel maar kan met gebaren aangeven dat het beter met haar gaat. Meneer krijgt van mij heerlijk nog een thee met suiker en we wisselen nog wat blikken uit. Mijn wens om ze niet meer te zien vertel ik niet. Die komt nog lang niet uit, heb ik het idee. Ik zet mijn grootste glimlach op en groet ze allebei. Anders dan anders zwaai ik ook nog gedag.
Zwaaien doe ik nu ook. Ik wens iedereen een fijn weekend en tot over twee weken.