AMC IC 20131129

29-11-2013 18:08

De één na laatste maand van dit jaar is bijna voorbij. Dat houdt dan direct in dat mijn verjaardag er aan zit te komen en ja hoor as maandag ga ik weer een jaartje wijzer (ahum) worden. Het is koud vanavond als ik naar het ziekenhuis fiets. Ik heb vandaag het tweede deel van de training gevolgd. Ik ga jullie wederom niet vermoeien met termen als niet functionele requirements, performance etc etc. De dag is erg nuttig geweest en ik ben verbaasd geweest. Ik ben verbaasd geweest over een vraag die mij werd gesteld. Voordat we opdrachten gingen uitwerken, kwam ter sprake dat wij vroeger thuis voornamelijk Sinterklaasfeest vierden met kadoos en niet met Kerst. Ik verklaar dat dat voor een gedeelte lag aan geloofsovertuiging. De verjaardag van moeders speelt uiteraard ook mee, zeg ik er direct achter aan. En toen kwam de vraag welke geloofsovertuiging ik had. Ik heb op mijn werk werkelijk heel lang geleden zo'n belangstellende vraag gehoord. Ik genoot eerst dat de vraag aan mij werd gesteld en daarna ging ik een antwoord formuleren. Het moet er raar uitgezien hebben, denk ik. Ik stond vanavond mn eten klaar te maken en ik besefte het me bewust hoe fijn ik het vond dat zo'n vraag werd gesteld. En het verbaaste me nog meer dat er zo weinig belangstellende vragen aan mij worden gesteld. Of zou dat aan mij liggen? bedenk ik me gelijk. OK ik begon te schrijven dat het koud was onderweg. Wat was ik blij dat ik mn handschoenen aanhad. Zelfs voor de kleine afstand die ik afleg waren ze vanavond echt nodig. Er staat een straffe wind. Toch zijn mn vingers erg koud als ik binnen loop en dat merk ik aan dat ze zo snel opwarmen door de hoge termperartuur inhet ziekenhuis dat ik last heb van mn vingers. Dat is gelukkig snel over. Ik haal de sleutels bij Unit 6 en open het kantoor. Onderweg zwaai ik gedag tegen Melvin. We zien elkaar van veraf al aankomen. Wat een enthousiasme. Er lopen inmiddels al wat mensen de afdeling op. Uiteraard laat ik ze binnen. Bij sommige geef ik een aanwijzing hoe ze kunnen lopen. Op de lijst die de middagdienst altijd voor me laat liggen, ga ik op zoek naar de naam van de familie waarmee ik vorige week contact heb gehad. Ik zie de naam niet meer op de lijst staan. Ik hoop en bid voor deze mensen dat het goed is afgelopen. De dienst kan beginnen....ik ga mn ronde lopen.

Die ronde was heel snel klaar, geen bijzonderheden, geen families in wachtkamers. Zou het een rustige avond worden?

Daar lijkt het wel op. Het bezoek komt af en toe binnen druppelen. Veel mensen kennen inmiddels de weg en lopen direct door. Het bezoek uur is begonnen. Straks nog maar eens kijken hoe druk het is op de afdeling. Op de ronde is het ook rustig. De wachtkamers die bezet zijn zijn de deuren van gesloten. Ik loop langs naar de stoelen die richting Unit 4 staan. Ik kan daar mensen van thee voorzien. Een chinees gezin die met kleine kinderen op de gang lopen, waarvan er natuurlijk eentje het helemaal niet leuk vindt om in het ziekenhuis te zijn begint te huilen, verwijs ik naar een wachtkamer. Ik geef aan dat ik ze niet wegstuur maar dat ik me kan voorstellen dat ze zich fijner voelen als ze met de kinderen die geluid maken (daar zijn ze zelf heel streng in, vooral vader) de deur kunnen sluiten. En gewoon lekker op een bank kunnen zitten. De mevrouw maakt dankbaar gebruik van mijn aanbod en ik vertel aan meneer die met de krijsende baby op de gang buiten de afdeling staat dat ik zijn vrouw heb begeleid naar de wachtkamer en wijs hem de weg. Het zijn vanavond vooral de kleine dingen die het um doen. Tja de rustige avonden horen er ook bij. De afgelopen weken ben ik verwend geweest met de drukte van gesprekken en bezoekers. De dienst zit er weer op. Ik ga naar huis. Fijn weekend allemaal...